GA NAAR STARTPAGINA
GA NAAR EINDE PAGINA
België is een typisch treinenland, zowel voor het vervoer van personen als van goederen. Treinen stoppen alleen maar stations of voor bepaalde signalen. Dat betekent dat een trein nooit stopt voor b.v. een drukke overweg om daar het wegverkeer door te laten.
EEN TREIN STOPT VOOR GEEN ENKELE WEGGEBRUIKER
Het gebeurt natuurlijk wel dat spoorwegen en gewone wegen elkaar kruisen; aan die "overwegen" worden dan speciale veiligheidsvoorzieningen getroffen. Die kunnen gaan van een eenvoudig aanwijzingsteken tot installaties met halve slagbomen of hele slagbomen, lichten en een bel.
Je moet extra opletten als je een overweg zonder slagbomen en zonder verkeerslichten nadert. Als je TE VOET bent kijk je oplettend naar links en naar rechts vooraleer je op de sporen te wagen. Rij zeer traag als je MET DE FIETS bent, steeds klaar om te kunnen remmen. Even afstappen om goed links en rechts te kijken is nog beter. Als je een bel hoort rinkelen weet je zeker dat ten minste één trein op komst is. Dan wacht je op een behoorlijke afstand van de rails en aan de uiterste kant van de weg tot de trein voorbij is. Denk erom dat er nog een trein kan volgen.
PAS ALS DE BEL OPHOUDT MET RINKELEN KAN JE OVERSTEKEN.
Het veiligst zijn de overwegen met hele of halve SLAGBOMEN. Ze zijn steeds voorzien van LICHTEN en een BEL. Normaal staan die slagbomen naar omhoog en flikkert het wit waarschuwingslicht aan en uit. Dan is er niets aan de hand en kun je de overweg veilig oversteken. Maar als er een trein op komst is verandert heel die situatie grondig: de bel begint aanhoudend te rinkelen en twee rode lichten knipperen beurtelings aan en uit. Kort hierop gaan de hele of halve slagbomen naar beneden. Belangrijk is te weten dat je moet stoppen en dat het streng verboden is de overweg over te steken van zodra de bel rinkelt of de rode lichten knipperen. En een spoorweg is zeker totaal verboden terrein als de slagbomen naar beneden gaan. Als de trein met donderend lawaai voorbij is geraasd, gaan de slagbomen naar omhoog. Toch is dit nog niet het teken om de overweg over te stappen. Je moet immers geduldig BLIJVEN WACHTEN tot de RODE LICHTEN GEDOOFD ZIJN, HET WITTE LICHT OPNIEUW FLIKKERT en de BEL ZWIJGT.
Het aantal ongevallen aan overwegen ligt vrij hoog. Zulks komt niet uit onwetendheid omtrent de regels, maar simpelweg omdat men tijdens het naar beneden gaan van de slagbomen nog vlug wil proberen over te steken. Vooral mensen uit de onmiddellijke omgeving bezondigen zich hier vaak aan
WAT JE BESLIST NIET MAG DOEN
Eigenlijk zijn overwegen met halve slagbomen aartsgevaarlijk. Vooral voor haastige, jachtige personen. Ook voor kinderen op dagen met niets dan ongelukjes: te laat opgestaan, je kopje melk omgestoten, je huistaak van gisteravond is niet te vinden, onderweg heb je een lekke band en dan die overweg-met-halve-slagbomen die net voor je neus dichtgaat Slalom dan toch niet langs de open kant van de overweg: het is een DODENRIT
Verwerk met behulp van bovenstaande teksten de volgende oefeningen: