![]() D1. Verplichting de door de pijl aangeduide richting te volgen. De plaatsgesteldheid bepaalt de stand van de pijl. Wanneer het verkeersbord dat een niet-gebogen pijl voorstelt, op een hindernis geplaatst is, betekent het dat langs de door de pijl aangeduide richting moet voorbijgereden worden. |
![]() D1. Langs de door de pijl aangeduide richting moet voorbijgereden worden. |
![]() D3. Verplichting één van de door de pijlen aangeduide richtingen te volgen. De plaatsgesteldheid bepaalt de stand van de pijlen. |
![]() Verplichting voor voertuigen die gevaarlijke goederen vervoeren om de door de pijl aangeduide richting te volgen. Een onderbord met vermelding van de letter B, C, D of E duidt erop dat de verplichting geldt voor voertuigen die gevaarlijke goederen vervoeren en waarvoor de toegang tot wegtunnels van respectievelijk categorie B, C, D of E verboden is, zoals deze categorieën voorzien zijn in artikel 1.9.5.2 van bijlage A van het Europees verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR.), ondertekend te Genève op 30 september 1957 |
![]() D5. Verplicht rondgaand verkeer. |
![]() D7. Verplicht fietspad. |
![]() D9. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers, van fietsen en van tweewielige bromfietsen klasse A. |
![]() D10. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers en fietsers |
![]() D11. Verplichte weg voor voetgangers. |
![]() D13. Verplichte weg voor ruiters |
![]() |
||
![]() |
||
![]() |
||
![]() |
||
![]() |