Uitgestorven zoogdieren uit het Jura (deel 3)

Zie
Wikipedia: paleontologie, klik hier.
Wikipedia: fossiel, klik hier.
Fossielnet: fossiel, klik hier.

Fossielen. Wat kunnen zij ons leren? Klik hier.

Worldexplorer, klik hier.

Lijst van zoogdieren, klik hier.
Lijst van zoogdieren in Europa, klik hier.
Lijst zoogdieren naar familie, klik hier.

ZOOGDIEREN

De eerste sporen van een naar zoogdieren strevende evolutie vinden wij in de vroege Jura tijd bij Sinoconodon met een zoogdierachtig kaakgewricht uit China en bij Morganucodon met een vervanggebit in tandkassen dat naar een primitieve lactatie of zoogsysteem verwijst zoals wij ze ook aantreffen bij monotremata naar melkvocht uitzwetende haren. Deze anatomisch op spitsmuisachtige diertjes gelijkende wezentjes leefden zo’n 200 miljoen jaren geleden.
Een belangrijke sprong voorwaarts in de richting van het zoogdier vinden wij bij Hadrocodium, 195 miljoen jaren geleden uit de Juratijd, eveneens een spitsmuisachtig diertje met een uit de kaakbeenderen ontwikkeld middenoorbeen en een sterk vergrote schedel. Deze verre voorouders van de zoogdieren waren het nog niet en ze konden plaats nemen in een soeplepel. Bvb. Hadrocodium wui recent ontdekt in China. Gedurende 145 miljoen jaren bleven de voorouders van de zoogdieren kleine dieren totdat ten gevolge van het vallen van een reuachtige asteroïde of verschillende asteroïden 65 miljoen jaren geleden het rijk der dinosauriërs een einde nam en er een explosie volgde van diversiteit nu de ruimte voor de zoogdieren was vrijgekomen. In het begin van het mesozoïcum verschenen de eerste tandendragende monotremata met gekartelde maaltanden die hen toelieten een meer gevarieerd voedsel te kauwen, en 125 miljoen jaar geleden leefde in Jehol de Jeholodens met voor het eerst een beweeglijke schoudergordel. De voornaamste voorouder van de zoogdieren verscheen rond dezelfde tijd. Hij was een verre afstammeling van de Morganucodons en werd als spectaculair zeer compleet fossiel gevonden in de Chinese provincie Liaoning. Het is een muisachtig diertje dat duidelijk een primitieve placenta vertoont en mag aanzien worden als voorouder van alle placentaire zoogdieren, van dwergspitsmuis tot olifant. Het is de enige bekende vertegenwoordiger van de protoplacentara en werd Eomaia genoemd, Grieks voor dageraad-moeder of eerste moeder. Men denkt dat de scheiding tussen placentaire zoogdieren en buideldieren reeds begon ±175 miljoen jaren geleden.


Juramaia
Het diertje werd Juramaia genoemd: Jura-moeder (Jura is het tijdperk waarin het leefde). De ontdekking ervan spoort wonderwel met genetische gegevens over de split tussen zoogdieren die eieren leggen, die een buidel dragen en die een moederkoek hebben (de drie belangrijkste groepen). De kans is dus reëel dat dit diertje een van de eerste zoogdieren was.

Castorocauda lutrasimilis, beverachtig
Het opvallendste kenmerk van het nieuwe fossiel is een afgeplatte staart die bedekt is met kleine hoornachtige schubben, precies zoals de moderne bever die heeft. De Chinese en Amerikaanse paleontologen die het fossiel beschrijven hebben het dan ook Castorocauda lutrasimilis genoemd, verwijzend naar de Latijnse naam van de bever (Castor). De familienaam lutrasimilis betekent ‘op een otter gelijkend’. Het skelet is niet compleet, de schouderregio ontbreekt, evenals de achterkant van de kop. De rest van het lichaam is goed bewaard gebleven. De kenmerken bevestigen dat het hier gaat om een goede zwemmer en een viseter. Het gebit van Castorocauda heeft veel weg van dat van de moderne zeehond. Langs het lichaam werden duidelijke afdrukken van een vacht gevonden. Tussen de tenen van de achterpoten zijn nog afdrukken van zwemvliezen zichtbaar. De bouw van de voorpoten wijst erop dat het dier daarnaast goed kon graven. Het fossiel meet van snuit tot staartpunt 42,5 centimeter, en is daarmee de grootste zoogdierachtige uit het Jura-tijdperk die ooit is gevonden. Het dier moet volgens de onderzoekers bij leven zelfs nog iets langer zijn geweest en minstens een halve kilo gewogen hebben. Uit deze vondst blijkt opnieuw dat de zoogdierfauna al vroeg in de evolutie een grote diversiteit kende. Het tijdstip van de ‘verovering’ van het water als leefgebied door zoogdieren is hiermee met meer dan honderd miljoen jaar vervroegd.

Agilodocodon scansorius, een boomklimmer
Het ene nieuw ontdekte diertje is Agilodocodon scansorius (klimmende behendige docodon) genoemd, en het is het oudste zoogdier dat in een boom leefde, dat ooit gevonden is. Agilodocodon had verschillende kenmerken die hem erg geschikt maakten om te klimmen: lange klauwen, soepele, buigzame ellebogen, polsen en enkels, en ledematen met dezelfde verhoudingen als die van andere in bomen levende zoogdieren. Bovendien is Agilodocodon ook de oudste alleseter die we kennen. Hij had voortanden als beitels, waarmee Agilodocodon in de bast van bomen zal hebben kunnen bijten, om zich te voeden met hars of sap van de bomen. De kleine Agilodocodon, die zo'n 15 centimeter lang was en hooguit 40 gram zal gewogen hebben, leefde in een gematigd klimaat op het supercontinent Laurasia, aan de rand van een meer. Het diertje is waarschijnlijk aan zijn eind gekomen in dat meer, en zo terecht gekomen op de bodem van het meer, waar het bedekt werd met sedimenten. Daardoor zijn de overblijfselen gefossiliseerd, en 165 miljoen jaar later heeft een Chinese boer die op jacht was naar fossielen, de goed bewaarde resten gevonden in wat nu de Daohugou-formatie genoemd wordt, een afzetting die al een schat aan fossielen heeft prijs gegeven.

Docofossor brachydactylus, tunnelgraver
Het fossiel van het tweede zoogdiertje, Docofossor brachydactylus (gravende doco(dont) met korte vingers), werd eveneens door een Chinese fossielenjager gevonden, dit keer in de 160 miljoen jaar oude afzettingen van een meer in de Hebei-provincie. Het fossiel werd in 2012 gevonden en het is eveneens erg goed bewaard: rond het skelet is nog te zien dat Docofossor een dikke pels had. Docofossor was nog kleiner dan Agilodocodon: hij was slechts 7 centimeter lang en zal zo'n 17 gram gewogen hebben volgens de onderzoekers. Docofossor had voorpoten die op een spade leken, zware beenderen in zijn ledematen en korte brede bovenkiezen, kenmerken die typisch zijn voor zoogdieren die ondergronds voedsel zoeken en tunnels graven. Daarmee is Docofossor het oudste ondergronds levende zoogdier dat we kennen.

Volgens de onderzoekers is het opvallend hoe zeer Docofossor op de hedendaagse Afrikaanse goudmollen lijkt. Ook die leven ondergronds en graven tunnels op zoek naar insecten, en ze hebben ook een dikke pels. Nog opvallender zijn echter de aanpassingen aan de vingers van de voorpoten van Docofossor. De laatste vingerkootjes zijn verlengd, en verschillende vingers in de hand hebben slechts twee in plaats van drie kootjes, wat de handen steviger maakt en meer geschikt om te graven. Ook bij de goudmollen is dat het geval, en de gelijkenissen zijn zo sterk dat de onderzoekers veronderstellen dat dezelfde genen verantwoordelijk zijn voor de afwijkingen, ook al behoren de twee soorten tot andere takken van de stamboom van de zoogdieren.

Vroege ontwikkeling van de zoogdieren

Zoogdieren zijn ontstaan uit de zoogdierachtige reptielen, een groep gewervelden die zich tijdens het Laat-Carboon (zo'n 320 miljoen jaar geleden) van de andere Amniota afsplitsten. Samen met de zoogdieren zelf vormen deze de Synapsida. Tijdens het Perm en het Trias ontwikkelde deze groep een grote diversiteit, en uit een van de takken binnen deze groep, de Cynodontia (een deel van de Therapsida) ontstonden in het Laat-Trias (bijna 210 miljoen jaar geleden) de eerste zoogdieren, zoals de Morganucodonta en Haramiyida. In het Jura verschenen verschillende groepen zoogdieren, zoals de multituberculaten ("multi's"), symmetrodonten, triconodonten en de dryolestiden.

Een aantal andere zoogdierachtige groepen uit die tijd, zoals de docodonten, morganucodonten en haramiyiden, worden door veel auteurs niet tot de zoogdieren zelf gerekend, maar tot de zogenaamde Mammaliaformes (Engelse tekst). In het Jura verschenen ook Ambondro en Asfaltomylos, die volgens sommige paleontologen samen met de latere Ausktribosphenida (Engelse tekst) de voorouders van de cloacadieren vormen.

Deze hypothese, waarbij Ambondro, Asfaltomylos, de Ausktribosphenida (bv. Ausktribosphenos) en de cloacadieren in de onderklasse Australosphenida worden geplaatst, is echter zeer controversieel. De voorouders van de Theria, de levendbarende (moderne) zoogdieren, moeten gezocht worden onder de primitieve Zatheria (Engelse tekst), een groep die verwant was aan de dryolestiden. Eomaia en Sinodelphys, beide uit het Vroeg-Krijt van Liaoning in China zijn de oudst bekende vertegenwoordigers van respectievelijk de placentadieren en de buideldieren, de twee groepen die nu binnen de Theria bestaan. Tijdens het Mesozoïcum waren zoogdieren over het algemeen kleine, onopvallende, insectenetende dieren, hoewel enkele recente ontdekkingen als de reusachtige, vleesetende Repenomamus, de zwemmende Castorocauda en de zwevende Volaticotherium aantonen dat er ook minder "spitsmuisachtige" zoogdieren bestonden.


Een cladogram van Rowe (1988) en McKenna en Bell (1997) toont een hypothetische relatie tussen zoogdieren

Mammaliaformes (Engels) 


Morganucodontidae


Mammalia (Zoogdieren) 


PrototheriaMonotremata (Cloacadieren)


Theriiformes (buideldieren en placentadieren)


Allotheria → † Multituberculata


Holotheria [1]


Kuehneotheria (Engels)


Trechnotheria


Zhangheotherium † ("Symmetrodonta")


 Cladotheria [3] 


Dryolestoidea (Engels)


 Zatheria [2] 


† Peramura [4]


Tribosphenida


† Aegialodontia


 Theria 


MetatheriaMarsupialia (Buideldieren)




Eutheria (Placentadieren)Placentalia (Placentadieren)













[1] Holotheria, een zeer diverse groep van zoogdieren. Het zijn afstammelingen van de laatste gemeenschappelijke voorouder van Kuehneotherium en Theria (de groep die bestaat uit buideldieren en zoogdieren ).

[2] Zatheria is een groep van zoogdieren die de gemeenschappelijke voorouder omvatten van Arguitheriidae, Arguimuridae, Vincelestidae, Peramuridae en tribosphenida.

[3] Cladotheria een groep van zoogdieren die de voorvader zijn van Dryolestoidea, Peramuridae en Zatheria.

[4] De familie Peramuridae is een mogelijke voorouder van de vroege Therians. De enige zekere vertegenwoordiger (Peramus) leefde in de late Jura en het Vroege Krijt.

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Combineer een element links met een element rechts. Je kan selecteren uit het uitrolmenu.
ALLES VERWERKT? KLIK DAN PAS OP DE TOETS CONTROLEER.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN, ALS HET WOORD BESTAAT, IN HET GEOPENDE VENSTER TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"


Nr.1 Een fossiel zoogdier (TI) uit het het Jura,
was in staat was tot glijvluchten.


Nr.2 Een dier (TO) behorend tot de Mammaliaformes
en meer in het bijzonder tot de groep van de Docodonta.


Nr.3 Een vroeg zoogdier (CO) gevonden als fossiel.


Nr.4 Een geslacht van uitgestorven Morganucodonta (ZO),
leefde van het Laat-Trias tot het Vroeg-Jura.


Nr.5 Een diertje (TA) ter grootte van een eekhoorn
dat in het Jura-tijdperk leefde.


Orgaan dat bij zoogdieren tijdens de zwangerschap
aangemaakt wordt door het embryo in de baarmoeder.


Andere naam voor "dageraad-moeder",
een van de oudstbekende geslachten van placentadieren.


Zoogdieren waarvan de vrouwtjesdieren
twee baarmoeders hebben.


Geslachtsnaam, samengesteld uit "moeder" en "jura".


Ander woord voor erfelijkheidsleer.


Ongeveer een halve meter lang en rond de 800 gram zwaar.
De geslachtsnaam komt van het Latijnse 'castor' voor bever en 'cauda' voor staart


Het enige nog bestaande geslacht
van de familie beverachtigen (Castoridae).


Een uitgestorven zoogdier( As) uit de Docodonta.


Oudst bekende zoogdier( Ds) met
een gravende leefwijze.


Behoorde tot de orde
Pelycosauria en de familie Sphenacodontidae.


Een uitgestorven zoogdier (Zm) uit de orde Symmetrodonta. Dit dier leefde ongeveer 125
miljoen geleden (Barremien van het tijdvak Krijt) in Azië.
Is een van de drie soorten uit de Symmetrodonta die in befaamde Yixian-formatie
van de Noord-Chinese provincie Liaoning zijn gevonden. De andere twee soorten
zijn Maotherium en Akidolestes.


(Letterlijke vertaling: 'kruipborst') is een geslacht van uitgestorven zoogdieren uit
de orde Eutriconodonta, dat zo'n 130 miljoen jaar geleden leefde in China tijdens
het vroege Krijt. De naam van (Rs) verwijst naar het feit dat dit dier
vrij laag op zijn zijdelings uitstekende pootjes stond.