FOSSIELEN (bakteriën, archaea, virussen, voorouders mens)

Zie
Wikipedia: paleontologie, klik hier.
Wikipedia: fossiel, klik hier.
Fossielnet: fossiel, klik hier.
Wikipedia: dinosauriërs, klik hier.
Lijst dinosauriërs, klik hier.
Wikipedia: paleoantropologie, klik hier.
Wikipedia: evolutie van de mens, klik hier.
Geschiedenis van de evolutietheorie, klik hier.
Wikibooks: de menselijke evolutie, klik hier.
Wikipedia: fossiele brandstoffen, klik hier.

Fossielen worden ingedeeld volgens een internationaal systeem van naamgeving. Het indelingssysteem is bedacht door de Zweed Linnaeus en is gepubliceerd in 1758. Sindsdien wordt dit systeem gebruikt voor alle botanische en zoölogische naamgeving, en dus ook voor alle fossielen.
De indeling is gebaseerd op visuele, anatomische, fysische en chemische eigenschappen. Er is echter ook een samenhang met evolutie, leefmilieu en in toenemende mate met genetica. Door de recente ontwikkelingen met DNA technieken worden klassieke indelingen echter vaak volledig herzien. Dit geldt vooral voor de nu nog levende soorten. Bij fossielen is deze techniek echter helaas (nog) niet mogelijk.
De indeling is gebaseerd op een indeling in verschillende hiërarchische categorieën. De primaire categorieën in de systematische naamgeving:

Rijk (Regnum)
- Stam (Phylum)
-- Klasse (Classis)
--- Orde (Ordo)
---- Familie (Familia)
-----Geslacht (Genus)
------ Soort (Species)
------- Ondersoort (Subspecies)

Ook worden er soms nog sub-indelingen gehanteerd zoals sub- en super- (bijvoorbeeld subfamilie).
Elke soort hoort apart beschreven te worden in een tijdschrift of publicatie. Als een soort meerdere keren beschreven blijkt te zijn, heeft de naam die als eerste beschreven is prioriteit. Bij het beschrijven van een soort wordt er altijd een zogenaamd Holotype benoemd.
Het Holotype (type-exemplaar) is karakteristiek voor de beschreven soort en bevat alle kenmerken. Dit exemplaar hoort bewaard te worden op een toegankelijke plaats (bijvoorbeeld een museum of andere openbare collectie). Een Lectotype is een type-exemplaar dat is aangewezen nadat de regels over Holotypes van kracht werden. Als Holotype of Lectotype verloren is gegaan wordt er een Neotype aangewezen. Meer uitleg over type. Klik hier.


Wetenschappelijke naamgeving van een fossiel
Bij het aanduiden van een naam van een fossiel wordt meestal alleen het genus en de soort en eventueel de ondersoort vermeld. De naam van een genus en subgenus wordt altijd met een hoofdletter geschreven en die van een soort met kleine letter. Namen worden cursief of onderstreept aangegeven. De namen zijn meestal in het Latijn of ge-latijniseerd. Voorbeeld: Agnostus pisiformis Meer uitleg. Klik hier.

Wanneer de soort onbekend is dan wordt er achter het genus of subgenus "sp." Gezet. Dit is een afkorting voor species. Als de soort wel bekend is, maar de ondersoort niet, wordt er "ssp." achter gezet. Dit staat voor subspecies. Als het genus ook niet bekend is, wordt meestal de naam van de familie of hogere categorie vermeld. Voorbeeld: Favosites sp. Of Megacardita planicosta ssp.

Wanneer er wordt getwijfeld aan de soortnaam worden de letters cf. er voor gezet. Voorbeeld: Agnostus cf. pisiformis.

Na de naam van het fossiel wordt de naam van de auteur vermeld die de soort voor het eerst heeft beschreven en het jaartal van publicatie. Voorbeeld: Agnostus pisiformis Linnaeus, 1757.

De auteur en jaartal moet tussen haakjes als de soort oorspronkelijk onder een ander genus is beschreven. Voorbeeld: Aequipecten opercularis (Linnaeus, 1758).

Indien er een subgenus is beschreven, dient deze tussen haakjes na het genus vermeld te worden. Voorbeeld: Neptunea (Sulcosopho) angulata (Wood, 1848).

Als er ondersoorten bekend zijn, worden deze vermeld na de soort. Voorbeeld: Pygocardia rustica defrancei


Overzicht van een vereenvoudigde taxonomische indeling
Rijk (Regnum) Stam (Phylum) Klasse (Classis) Orde (Ordo)
Eukarya (Eukaryoten) Animalia (Dieren) Annelida (Ringwormen) Polychaeta (Borstelwormen) Diverse groepen, waaronder de Familie Serpulidae (Serpuliden):
Clitellata
(Gelede wormen)
 
Pogonophora (Baardwormen)  
Arthropoda (fossielen) (Geleedpotigen) Arachnida (Spinachtigen)  
Chilopoda (Duizendpoten)  
Diplopoda (fossiel) (Miljoenpoten)  
Insecta (fossielen) (Insecten)  
Crustacea (fossielen) (Kreeftachtigen) Branchiopoda (Kieuwpootkreeften)
Cephalocarida (Strijkboutkreeftjes)
Malacostraca
(Krabben, Kreeften)
Maxillopoda
Ostracoda (fossielen)
(Mosselkreeften)
Remipedia
(Ladderkreeftjes)
Merostomata
(Degenkrabben)
 
Pycnogonida
(Zeespinnen)
 
Pauropoda
(Weinigpotigen)
 
Trilobita(fossielen)
(Trilobieten)
 
Symphyla
(Wortelduizendpoten)
 
Collembola
(Springstaarten)
 
Diplura  
Protura
(Oerinsecten)
 
Brachiopoda (fossielen)
(Armpotigen, Brachiopoden)
Craniata  
Lingulata  
Paterinata  
Chileata  
Kutorginata  
Obolellata  
Rhynchonellata  
Strophomenata (fossielen)  
Bryozoa (fossielen)
(Mosdiertjes)
Stenolaemata  
Gymnolaemata  
Phylactolaemata  
Chordata Vertebrata
(Gewervelden)
Amphibia
(Amfibieën)
 
Aves (fossielen)
(Vogels)
 
Chondrichthyes
(Kraakbeenvissen)
Rajomorphii (fossielen)
(Roggen)
Selachimorpha (fossielen)
(Haaien)
Mammalia (lijst fossiele zoogdieren)
(Zoogdieren)
 
Acanthodii
(Stekelhaaien)
Actinopterygii
(Beenvissen)
Cephalaspidomorphi
(Kopschildvissen)
Dipnoi
(Longvissen)
Myxini
(Slijmprikken)
Ostracodermi
(Kaakloze vissen)
Placodermi
(Pantservissen)
Reptilia (fossielen)
(Reptielen)
Captorhinomorpha (Oerreptielen)
Testudines
(Schildpadden)
Procolophonia (fossielen)
Crocodylia (fossielen)
(Krokodillen)
Rhynchocephalia
(Brughagedissen)
Squamata
(Slangen, Leguanen etc.)
Mesosauria
Dinosauria
Ichthyosauria
Placodontia
Nothosauria
Plesiosauria
Pelycosauria
Therapsida
Sarcopterygii
(Spiervinnige vissen)
 
Cephalochordata
(Schedellozen)
 
Urochordata
(Manteldieren)
 
Cnidaria
(Neteldieren)
Anthozoa (fossielen)
(Koralen)
Alcyonacea (Zachte koralen)
Gorgonacea (hoornkoralen)
Helioporacea (Harde koralen)
Pennatulacea (Zeeveren)
Stolonifera
Telestacea
Antipatharia (Doornkoralen)
Ceriantharia (Viltkokeranemonen)
Actiniaria (Zeeanemonen)
Scleractinia (Steenkoralen)
Corallimorpharia
Ptychodactiaria
Rugosa (fossielen)
Zoanthidea (Korstanemonen)
Tabulata (fossielen)
Cubozoa
(Kubuskwallen)
 
Hydrozoa
(Kwalpoliepen)
 
Scyphozoa
(Schijfkwallen)
 
Echinodermata (fossielen)
(Stekelhuidigen)
Asteroidea
(Zeesterren)
 
Somasteroidea
(schijfzeesterren)
 
Echinoidea (fossielen)
(Zee-egels)
 
Holothuroidea
(Zeekomkommers)
 
Ophiuroidea
(Slangsterren)
 
Crinoidea (fossielen)
(Zeelelies)
 
Hemichordata (fossielen)
(Graptolietenfossielen )
 
Mollusca
(Weekdieren)
Bivalvia (fossielen)
(Tweekleppigen)
Diverse groepen waaronder de Rudisten: (fossielen)
Gastropoda (fossielen)
(Slakken)
 
Aplacophora
(Wormweekdieren)
 
Polyplacophora
(Keverslakken)
 
Monoplacophora
(Mutsweekdieren)
 
Scaphopoda
(Stoottanden)
 
Cephalopoda (fossielen)
(Inktvisachtigen)
Nautilida
(Nautilus achtigen)
Bactrida
Neocoleoidea
Goniatitida (fossielen)
(Goniatieten)
Ceratida (fossielen)
(Ceratieten)
Belemnoidea (fossielen)
(Belemnieten) (fossielen)
Ammonitida (fossielen)
(Ammonieten)
Rostroconchia
(Scharnierloze tweekleppigen)
 
Porifera (fossielen)
(Sponzen)
 
Acanthocephala(Haakwormen)
Chaetognatha
(Pijlwormen)
 
Ctenophora
(Ribkwallen)
 
Cycliophora
(Kransdiertjes)
 
Echiura  
Entoprocta
(Kelkwormen)
Gastrotricha
(Buikharigen)
 
Gnathostomulida
(Tandmondwormen)
 
Kinorhyncha
(Stekelwormen)
 
Loricifera
(Corsetdiertjes)
 
Mesozoa
(Middendiertjes)
 
Micrognathozoa  
Myzostomida  
Nematoda
(Rondwormen)
 
Nematomorpha
(Paardehaarwormen)
 
Nemertea
(Snoerwormen)
 
Onychophora
(Fluweelwormen)
 
Phoronida
(Hoefijzerwormen)
 
Placozoa
(Plakdiertjes)
 
Platyhelminthes
(Platwormen)
 
Priapula
(Peniswormen)
 
Rotifera
(Raderdiertjes)
 
Sipuncula
(Pindawormen)
 
Tardigrada
(Beerdiertjes)
 
Plantae (fossielen)
(Planten)
Anthocerophyta
(Hauwmossen)
 
Bryophyta
(Bladmossen)
 
Chlorophyta
(Groenwieren)
 
Cycadophyta (fossielen)
(Cycas-achtigen)
 
Sphenophyta (fossielen)
(Paardenstaart-achtigen)
 
Ginkgophyta
(Ginko-achtigen)
 
Rhyniophyta (fossielen)  
Zosterophyllophyta (fossielen)  
Trimerophyllophyta  
Lycophyta (fossielen)
(Wolfsklauw-achtigen)
 
Angiospermen (fossielen)
(Bedektzadigen)
 
Coniferophyta (fossielen)
(Coniferen)
 
Psilotophyta  
Pteridophyta (fossielen)
(Varens)
 
Pteridospermophyta (fossielen)
(Zaadvarens)
 
Protista
(Protisten)
Amoebozoa
(Amoeben)
 
Apusozoa  
Cercozoa
(Plantencelslijmschimmels)
 
Chromista  
Choanozoa  
Ciliophora
(Trilhaardiertjes)
 
Glaucophyta (Groenwieren)  
Heliozoa
(Zonnediertjes)
 
Myzozoa Dinozoa Dinoflagellata
(Pantserwieren)
 
Protalveolata  
Apicomplexa Apicomonadea  
Coccidea (Dopluizen)  
Gregarinea  
Hematozoa  
Retaria Foraminifera
(Foraminiferen)
 
Radiozoa
(Radiolariën)
Rhodophyta (fossielen)
(Roodalgen)
 
Telonemea  
Fungi
(Schimmels)
 
Archaea (Archaebacteriën)  
Bacteria
(Bacteriën)
 
Virussen  


Fossielen van Rijk: Bacteria
Bacteriën zijn microscopisch kleine eencellige organismen die overal voorkomen. Sommige bacteriën leven in ons lichaam zonder ziekten te veroorzaken. Er zijn duizenden soorten bacteriën, waarvan de meeste voor de mens onschadelijk zijn. Bacteriën hebben uiteenlopende vormen, die grofweg worden ingedeeld in kokken (bolvormig), bacillen (staafvormig), spirocheten en spirillen (spiraalvormig).
ConjugatieBacteriën kunnen genen uitwisselen in een proces dat conjugatie wordt genoemd. Plasmiden, die genetische informatie bevatten, bijvoorbeeld over resistentie tegen antibiotica, kunnen worden uitgewisseld door buisjes (sex-pili).


Meer uitleg over bacteriën, klik hier en klik hier.

Fossielen van Rijk: Archaea
De archaea zijn net als de Bacteria een belangrijke groep prokaryoten. Deze twee groepen gelden in de modernste indeling als twee van de drie hoofdgroepen van het leven op aarde, de domeinen. Het derde domein is dat van de Eukaryota (alle andere organismen met als gemeenschappelijk kenmerk de eukaryote cel).
Archaea lijken wel op de andere prokaryoten wat betreft het bezit van een enkel ringvormig chromosoom. De transcriptie en translatie van het DNA lijkt op die van de eukaryoten.
Archaea hebben ook een aantal unieke eigenschappen: de membranen van de archaea bestaan uit glycerol-ether lipiden, in tegenstelling tot zowel bacteriën als de eurkaryoten waarbij de membraan bestaat uit glycerol-ester lipiden. Deze verschillen zouden een aanpassing van de archaea kunnen zijn aan de extreem hoge temperaturen waarbij sommige groepen kunnen groeien. Archaea hebben ook unieke ribosoomstructuur en flagelstructuur.

Sommige archaea leven bij zeer hoge temperaturen, vaak hoger dan 100°C, zoals in geisers. Anderen worden juist gevonden in een zeer koude omgeving, of in omgevingen met veel zout, zuur, of alkalisch water. Micro-organismen die het goed doen onder zulke extreme omstandigheden worden ook wel extremofielen genoemd. Niet alle Archaea leven extreem.

Nuttige archaea: Er zijn ook methaanvormende archaea.
Schadelijke archaea: Ziekteverwekkende archaea zijn niet bekend.


Meer uitleg over archaea, klik hier.

Virussen
Virussen zijn beruchte micro-organismen. Ze leven in en ten koste van een ander organisme. Ze veroorzaken altijd ziekte, ze zijn pas laat ontdekt door hun kleine afmetingen en veel virussen passen zich snel aan aan veranderende omstandigheden:
Het griepvirus vertoont zich steeds weer in een nieuwe gedaante waardoor vaccinatie moeilijk is.
Ook het HIV virus (AIDS) is berucht om zijn aanpassingsvermogen en wordt keer op keer weer resistent tegen nieuw ontwikkelde medicijnen.
En nu het vogelpestvirus en SARS, reden genoeg om iets over virussen te weten. Voor verdere uitleg, klik hier.


Meer uitleg over virussen, klik hier.







Fossielen. Wat kunnen zij ons leren? Klik hier.

Lijst van fossiele zoogdieren. Klik hier.

Evolutie van de mens. Klik hier.

Evolutie van de Homo. Klik hier

Wat zijn de belangrijkste menselijke fossielen? Klik hier.

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Antwoorden te halen uit bovenstaande gegevens. Selecteer het antwoord dat je het meest juist lijkt en/of vul in.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN IN HET GEOPENDE VENSTER, INDIEN HET WOORD ER STAAT, TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"