Paleontologie is de wetenschap van fossielen of de studie van fossielen.
Het doel van de paleontologie is:
- het bestuderen van fossiele overblijfselen
- het vaststellen van ontwikkelingen in het leven op aarde
- reconstructie van de evolutie der soorten
- bepaling van het milieu in de verschillende tijdvakken (paleoecologie)
- correlatie van gesteenteformaties, dus horizontaal
- bepalen van de relatieve ouderdom van gesteenten
- het ondersteunen van absolute ouderdomsbepalingen
Een geologische tijdschaal heeft vooral waarde als overzicht van de relatieve ouderdom
Het begrip "Recent" slaat op "voorkomend in de laatste paar duizend jaar, inclusief het heden."
Gidsfossielen zijn fossielen van organismen, die voorkomen in voldoende aantallen in voldoende grote gebieden en die in deze vorm betrekkelijk kort hebben geleefd. Daardoor zijn ze geschikt voor correlatie en
relatieve datering, respectievelijk voor het vaststellen van gelijktijdigheid van gesteentepakketten. Door de grote nauwkeurigheid zijn deze methoden zeer waardevol, maar het aantal mogelijke
dateringen is gering. Anderzijds leveren fossielen grote aantallen relatieve dateringen op. Daarom vormen beide daterings-methoden een nuttige aanvulling op elkaar. Een belangrijk voorbeeld hiervan levert de datering van de fossiele vondsten van voorouders van de mens in
Oost Afrika.
Het opstellen van evolutiereeksen op basis van fossielen is riskant. Immers kunnen veranderingen een vermeende ontwikkeling en 'vooruitgang' tonen, maar ook het omgekeerde komt voor, n.l. specialisatie en vermeende of echte degeneratie.
Verder moet men er zeker van zijn, dat de gebruikte vondsten in situ liggen (op z'n plaats = niet verplaatst).
Men moet zich ook afvragen, of de betreffende soorten niet behoren tot een
biologische niche (enigszins geïsoleerd, aangepast aan de omgeving).
Classificatie en naamgeving van fossielenTaxonomie is classificatie is systematische indeling is indeling in categorieën aan de hand van internationaal erkende maatstaven.
Taxis: rangschikking.
Een taxon: aanduiding voor een natuurlijke groep is een officieel erkende groep organismen. Vb: soort, geslacht, familie. Meervond: taxa.
nomenclatuur: wetenschappelijke naamgeving.
systematische paleontologie: de tak van de paleontologie, die zich bezighoudt met beschrijving, naamgeving en classificatie van fossielen.
Voor fossielen betreft dit vooral visuele, anatomische, fysische en chemische maatstaven.
Er is echter ook een samenhang met
evolutie,
ecologie (milieu is leefomgeving),
genetica (ontstaansgeschiedenis is erfelijkheid),
gedrag en vergelijkende
fysiologie.
Het doel van classificatie is tweeledig: indeling in natuurlijke groepen en identificatie.
Om een indeling effectief te kunnen gebruiken worden er namen gegeven. Om hierbij misverstanden uit te sluiten, behoren hierbij beschrijvingen, definities en typeexemplaren.
Een
holotype: typeexemplaar; het exemplaar van een soort of geslacht, dat door de naamgever is beschreven als type, met de kenmerken van de soort of het geslacht en wordt bewaard op een toegankelijke plaats. De naam is in het Latijn of gelatiniseerd.
In het spraakgebruik blijft het wel eens vaag, wat er met een naamaanduiding en met verwantschap tussen soorten precies wordt bedoeld. Daarom hebben biologen al vroeg getracht een internationale formele classificatie of taxonomie op te stellen, die kon dienen als basis voor een internationale nomenclatuur
Indeling dierenrijk.
Klik hier.
Indeling plantenrijk.
Klik hier.