Fossiele zoogdieren (Antemus)

Een muis is een klein zoogdier, in het bijzonder de huismuis (Mus musculus), maar ook vele andere soorten, vooral knaagdieren. In de taxonomie worden muizen en ratten niet als aparte groepen gezien, hoewel ze wel vaak zo ingedeeld worden. Over het algemeen wordt de naam gebruikt voor kleinere dieren met een lange staart.

In Nederland en België en omgeving leven de volgende muizensoorten:

Huismuis (Mus musculus)
Dwergmuis (Micromys minutus)
Bosmuizen (Apodemus):Woelmuizen (Arvicolinae):
  • Slaapmuizen (Gliridae):


  • Invuloefening in verband mer het fossiel "ANTEMUS".

    De in het blauw onderlijnde woorden zijn koppelingen (hyperlinks) naar gegevens in Wikipedia!

    Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
    Vul de gaten in. Druk dan op de toets "Controleer" om je antwoorden te controleren. Gebruik wanneer aanwezig, de "Hints"-knop om een extra letter te krijgen, wanneer je het lastig vindt om een antwoord te geven. Je kan ook op de "[?]"-knop drukken om een aanwijzing te krijgen. Let wel: je verliest punten, wanneer je hints of aanwijzingen vraagt!

    MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN IN HET GEOPENDE VENSTER, ALS HET WOORD BESTAAT,TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"
    Taxonomische indeling voor het fossiel ANTEMUS
    Rijk:Animalia
    Stam:Chordata
    Klasse:Mammalia
    Orde:Rodentia
    Familie:Muridae
    Onderfamilie:Murinae


    Antemus is een geslacht van knaagdieren uit de familie Muisachtigen. Het geslacht bevat twee soorten. Beide zijn als bekend.
    †Antemus chinjiensis
    †Antemus thailandica

    Antemus chinjiensis
    Antemus chinjiensis is een fossiel knaagdier uit de onderfamilie muizen en ratten van de Oude Wereld (Murinae). Deze soort is bekend van het van Pakistan. Eén van de twee soorten uit het geslacht Antemus. Het is het oudste fossiel dat van deze onderfamilie bekend is; Antemus wordt beschouwd als de directe voorouder van Progonomys en de indirecte voorouder van alle levende Murinae. Zelf stamt het geslacht waarschijnlijk af van Potwarmus (Potwarmus is een uitgestorven soort van Knaagdieren Muroïdes, beschouwd als het verschil tussen de Cricetidae en Muridae. Hij woonde in Azië in het Midden-Mioceen. De naam komt door de regio Potwarm in Pakistan waar het eerst werd ontdekt en beschreven.), die waarschijnlijk tot de Myocricetodontinae behoort. Deze soort is oorspronkelijk beschreven op basis van vier geïsoleerde kiezen uit de Chinji Formation (waar hij naar genoemd is) in de provincie Punjab. Bij dit dier is de knobbel t4 op de eerste en tweede (M1 en M2) geïsoleerd. Op de M2 zit geen t1. De t6 en t9 zijn duidelijk van elkaar gescheiden, net als t4 en t8. De vallei tussen t1 en t4 is relatief ondiep. Het cingulum op de buitenkant van de tweede (m2) is vrij zwak aanwezig. De M1 is 1,90 bij 1,20 mm, de M2 1,20 bij 1,10 mm en de m2 1,25 bij 1,05 mm. Sinds de originele beschrijving zijn er nog twee andere soorten van dit geslacht beschreven, A. primitivus en A. thailandicus, maar beide worden nu in het geslacht Potwarmus geplaatst, dat in alternatieve indelingen als een Murinae, een myocricetodontine, een boommuis (Dendomurinae) of als Murinae incertae sedis wordt gezien.

    De evolutie van de muizen
    In het Mioceen verscheen in de Myocricetodontinae, een groep die mogelijk afstamde van vroege Muroidae als Spanocricetodon. De Myocricetodontinae wordt beschouwd als de voorouder van de woestijnratten (gerbils), maar heeft waarschijnlijk ook voortgebracht, een geslacht dat uit het Midden-Mioceen van Pakistan en Thailand bekend is. Van Potwarmus, dat in de Siwaliks in Pakistan tot 14,3 miljoen jaar geleden is gevonden, stamt Antemus direct af. Dit geslacht is bekend vanaf 13,75 miljoen jaar geleden en wordt als de eerste vertegenwoordiger van de echte Murinae gezien. Later in het Mioceen, 12,5 miljoen jaar geleden, verscheen Progonomys, en vanaf het Laat-Mioceen verspreidden de Murinae zich over de gehele wereld; uit die tijd stammen de eerste Europese en Afrikaanse Murinae. Er bestonden inmiddels al allerlei verschillende geslachten, waaronder Apodemus (bosmuizen), Mus, Huerzelerimys, Chardinomys, Stephanomys. In het Vroeg- werd ook Australië door de Murinae gekoloniseerd; de oudste fossielen uit Nieuw-Guinea dateren uit het Laat-Plioceen; het overgrote gedeelte van het huidige verspreidingsgebied was toen dus al bevolkt door de Murinae. In het Plioceen verschenen ook vele nog levende geslachten. In het Plioceen ontwikkelden zich echter ook de woelmuizen, die de Murinae in Europa inmiddels voor een groot deel vervangen hebben.