Oefeningen over de hydrosfeer

Hydrosfeer

De hydrosfeer (afgeleid van Oudgrieks: ὕδωρ húdōr, water , en σφαῖρα sphaira, bol) verwijst binnen de vakdiscipline van de fysische geografie naar het geheel van water op, onder en boven het oppervlak van een planeet. Dit oppervlak omvat alle oceanen, zeeën, rivieren, (pak)ijs, sneeuw en grondwater. De hydrosfeer wordt bestudeerd binnen de hydrologie.

Op aarde strekt de hydrosfeer zich uit tot in de hoogste lagen van de atmosfeer waar nog watermoleculen aanwezig zijn, en blijft dus voornamelijk beperkt tot de troposfeer. In de stratosfeer, vanaf ongeveer 15 km hoogte, is er vrijwel geen water meer aanwezig.

Hydrologie is de studie van de hydrosfeer of wel de studie van het gedrag en de eigenschappen van water in de atmosfeer, op en onder het aardoppervlak. Het vakgebied behandelt onder andere:

Neerslag
Bodemvochtigheid
Evapotranspiratie (verdamping + verdamping door gewassen)
Grondwaterstroming
Het evenwicht tussen smelt en groei van de ijsmassa's op aarde.
In het waterbeheer wordt dankbaar gebruikgemaakt van de kennis uit de hydrologie. Met behulp van die kennis kan worden gegarandeerd dat bewoonde en landbouwgebieden beschikking hebben over voldoende water van goede kwaliteit, en dat ze veilig zijn voor overstromingen.

De hydrologische cyclus vormt de basis voor het vakgebied van de hydrologie. Die beschrijft de weg die het water aflegt door de atmosfeer (in de vorm van waterdamp en wolken), naar de aarde (als neerslag), over en door de bodem (beken, rivieren en grondwater), naar een zee of oceaan en weer terug naar de atmosfeer (door verdamping).

De hydrologie kent twee belangrijke deelgebieden:

Oppervlaktewaterhydrologie
Grondwaterhydrologie

Gerelateerde vakgebieden:

Ecohydrologie, die de relatie tussen ecologische en hydrologische systemen onderzoekt
Hydraulica, die de fysica van stromend water onderzoekt
Hydrografie, die oceanen, zeeën, meren en rivieren en het gedrag van deze wateren beschrijft en onderzoekt
Hydrogeologie, die hydrologie in verband brengt met geologie
Hydrometrie, het meten van waterhoogten, debieten, stroomsnelheden en waterhoeveelheden

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Combineer een element links met een element rechts. Je kan selecteren uit het uitrolmenu.
ALLES VERWERKT? KLIK DAN PAS OP DE TOETS CONTROLEER.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN, ALS HET WOORD BESTAAT, IN HET GEOPENDE VENSTER TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"
*
In vergelijking met de andere gassen in de lucht is waterdamp
*
In de stratosfeer, vanaf circa 15 km hoogte,
*
In de atmosfeer vormt de waterdamp wolken
*
Met het begrip waterkringloop wordt het natuurkundige proces bedoeld
*
De cryosfeer zijn de gebieden waar water voorkomt
*
De hydrosfeer omvat dus alle oceanen, zeeën, rivieren,
*
Oceanografie of zeekunde is de aardwetenschap die
*
De hydrosfeer is binnen de fysische geografie het geheel
*
De hydrosfeer wordt beschreven door
*
De aardse hydrosfeer reikt tot in de hoogste lagen van de atmosfeer
waar watermoleculen voorkomen,