Oefening over de geologische tijdschaal

Soorten tijdperken in de geologische tijdschaal

Tijdperken worden ingedeeld in kleinere (sub-)tijdperken. De grootste tijdperken zijn de eonen, die worden opgedeeld in era's. De geschiedenis van de Aarde wordt ingedeeld in drie officiële eonen: Archeïcum, Proterozoïcum en Fanerozoïcum. Het Fanerozoïcum wordt weer ingedeeld in drie era's: Paleozoïcum, Mesozoïcum en Cenozoïcum. Op hun beurt worden era's weer ingedeeld in periodes. Voorbeelden van periodes uit het Paleozoïcum zijn het Carboon en het Perm, het Mesozoïcum bestaat uit het Trias, het Jura en het Krijt en het Cenozoïcum uit het Paleogeen, het Neogeen en het Kwartair. Deze periodes worden weer ingedeeld in tijdvakken, die weer ingedeeld worden in tijdsnedes. Zo bestaat het Neogeen uit de tijdvakken Mioceen en Plioceen. Soms worden tijdsnedes weer ingedeeld in chrons, de kleinste eenheden in de geologische tijdschaal.

Niet alle tijdperken met dezelfde status hebben een overeenkomstige lengte. Hoe ouder een tijdperk, hoe langer de duur. Dit komt doordat uit oudere tijdperken vaak minder details bekend zijn zodat het moeilijker wordt een duidelijker grens te maken. De periode Cryogenium (in het Proterozoïcum) duurt bijvoorbeeld meer dan 200 miljoen jaar, terwijl de jongste periode, het Kwartair, nog geen 3 miljoen jaar beslaat. De duur van de tijdperken is gebaseerd op de stratigrafie, de opeenvolging van wereldwijd gevonden gesteentelagen. Grenzen tussen tijdperken worden meestal gelegd bij afwisselingen of plotselinge overgangen in de stratigrafie. Voor de ouderdommen van gesteentelagen bestaat een eigen terminologie, die overeenkomt met de verschillende benamingen voor tijdperken. Zo is de periode Krijt genoemd naar het systeem Krijt; het systeem is de opeenvolging van lagen die in die periode zijn gevormd.

TijdperkStratigrafische eenheid
eoneonotheem
eraeratheem
periodesysteem
tijdvakserie
tijdsnedeetage
chronchronozone



(Chrono-) stratigrafische eenheden vergeleken met tijdperken.
Tijdperken worden ingedeeld in kleinere (sub-)tijdperken. De grootste tijdperken zijn de eonen, die worden opgedeeld in era's. De geschiedenis van de Aarde wordt ingedeeld in drie officiële eonen: Archeïcum, Proterozoïcum en Fanerozoïcum. Het Fanerozoïcum wordt weer ingedeeld in drie era's: Paleozoïcum, Mesozoïcum en Cenozoïcum. Op hun beurt worden era's weer ingedeeld in periodes. Voorbeelden van periodes uit het Paleozoïcum zijn het Carboon en het Perm, het Mesozoïcum bestaat uit het Trias, het Jura en het Krijt en het Cenozoïcum uit het Paleogeen, het Neogeen en het Kwartair. Deze periodes worden weer ingedeeld in tijdvakken, die weer ingedeeld worden in tijdsnedes. Zo bestaat het Neogeen uit de tijdvakken Mioceen en Plioceen. Soms worden tijdsnedes weer ingedeeld in chrons, de kleinste eenheden in de geologische tijdschaal.

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Combineer een element links met een element rechts. Je kan selecteren uit het uitrolmenu.
ALLES VERWERKT? KLIK DAN PAS OP DE TOETS CONTROLEER.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN, ALS HET WOORD BESTAAT, IN HET GEOPENDE VENSTER TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"
*
Een geologische tijdschaal is een indeling van de
geschiedenis van de Aarde
*
De geschiedenis van de Aarde schetst het ontstaan
en de ontwikkeling
*
De geschiedenis van de Aarde wordt ingedeeld in
*
De wetenschap die zich met het opstellen, benoemen en
dateren van deze tijdperken bezighoudt,
*
De grootste tijdperken zijn de eons,
*
Er zijn drie eonen gedefinieerd. Archeïcum (van ontstaan v/d Aarde tot 2500 Ma),
*
De lengte van de era's kan variëren van 1958 Ma (1,958 Ga) voor
het Proterozoïcum tot 65,5 Ma voor het Cenozoïcum.
*
De lengte van de periodes kan variëren van 250 Ma tot 23,03 Ma.
*
De lengte van de subperiodes kan variëren van 45,9 Ma
voor het Vroeg-Krijt tot 2,577 Ma voor het Pleistoceen.
*
De lengte van de tijdvakken (epochs) kan variëren van 13,0 Ma voor
het Aptien tot 20.000 jaar (20 kiloannum (ka)) voor bijvoorbeeld het Holsteinien.
*
Vaak worden in plaats van tijdsnede het begrip
*
Een etage is een onderverdeling van een serie