De wind is een luchtstroom. De lucht verplaatst zich in de dampkring van een gebied met hogere druk naar een gebied met lagere druk. Op het noordelijk halfrond zal de lucht in een hogedrukgebied zich in dezelfde richting bewegen als de wijzers van een horloge. Binnen een lagedrukgebied gebeurt dat in tegengestelde richting.
De windroos geeft de windrichting aan. Indien men dag en nacht gedurende een jaar de windrichtingen aantekent, bekomt men een windroos die de overheersende windrichting aangeeft. Zie bijgevoegde windroos die de windrichtingen voor Ukkel (België) aangeeft.

Het is duidelijk dat de windrichting erg veranderlijk is, maar dat de zuidwestenwinden overheersen. Op een kaart wordt de overheersende windrichting door een pijltje weergegeven. Ook de luchtdruk kan men aflezen. Daarvoor gebruikt men de getekende isobaren. Dat zijn lijnen die alle punten met dezelfde gemiddelde luchtdruk verbinden.
Warme of koude en droge of vochtige wind. Als zich een luchtstroom verplaatst van het hogedrukgebied boven
Spanje naar het lagedrukgebied boven de
Britse Eilanden, dan komt deze zuidwestenwind uit de
Atlantische Oceaan en is dus een
zeewind. Daar hij een zuidelijke oorsprong heeft, is hij in de winter zacht en in de zomer warm. Indien de wind komt uit noordoostelijke tot oostelijke richting spreekt men van een
landwind van polaire oorsprong. In de winter doet deze koude wind de temperatuur beneden het vriespunt dalen. In de zomer zorgt deze oostelijke landwind voor helderblauwe hemels en grote hitte. Een zeewind is vochtig en een landwind is droog.
WervelwindIs een verzamelnaam voor allerlei windhozen (kleinschalig) en tropische depressies (grootschalig). Bij deze term ligt dus, ongeacht de schaal, de nadruk op de wervelende beweging. Tornado is de lokale naam van een windhoos in Noord-Amerika maar wordt bijvoorbeeld ook gebruikt in Europa.
Windhoos en tornado zijn synoniemen. Meer uitleg.
Klik hier.
Tropische cyclonenDit zijn niet-frontale tropendepressies met windsnelheden van 12
Bft. Vanaf 9 Bft spreekt men over een tropische storm.
Tropische depressies met orkaankracht hebben verschillende lokale namen: Typhoons (Grote Oceaan), Baguio's rond de
Filippijnen, Hurricanes of orkanen (VS-Caraïben), Cyclonen (
Indische Oceaan) en Willy-Willies in
Australië. Meer uitleg.
Klik hier.
StormdepressieIs een depressie met winden van 9 Bft of meer (9 Bft betekent op 10 meter hoogte over 10 minuten een gemiddelde windsnelheid van 75 km/u). Officieel spreekt men van storm vanaf 9 Bft. Op land wordt officieus van storm gesproken bij
rukwinden boven 100 km/u (maar dit geldt niet tijdens buien zoals bij zomeronweer). Stormdepressies in onze gematigde streken op zee kunnen uitzonderlijk ook orkaankracht halen (uiterst zelden en zeer tijdelijk ook op land).
StormvloedIs een combinatie van stormwind en
hoogtij. De stormvloed is extra groot bij springtij. Dan is het verschil tussen laag en hoog tij extra groot en komt het water hoger dan normaal. Dit
springtij doet zich tweemaal per maand voor, namelijk bij nieuwe en volle maan. Ook tweemaal per maand is er slechts een klein verschil tussen laag en hoog tij. Dit doet zich voor bij het eerste en het laatste kwartier en noemt men dood tij. In de periode rond het begin van de lente of de herfst kan het springtij extra hoog zijn. Dan bevindt de zon zich in het evenaarsvlak of equatorvlak (Het vlak loodrecht op de aardas dat door het middelpunt van de aarde gaat heet het equatorvlak.) van de aarde en zo is haar invloed op het getij groter. Omdat ook andere factoren een rol spelen, is dit wel niet elk jaar hetzelfde.
Katabatische windenAlgemene term voor winden die een dalende beweging maken langs het reliëf. Omgekeerd spreekt men van anabatische winden = Een wind die ontstaat door lucht langs een helling of bergflank te laten opstijgen. Voorbeelden van katabatische winden zijn.
De dalwind is een warme wind, die overdag vanuit het dal bergopwaarts waait. Hij ontstaat doordat de lucht aan de grond in het dal overdag door de zon sterker wordt verwarmd dan de lucht daarboven. De warme lucht stijgt op langs de berghellingen.
De valwind.
Klik hier.
ValwindAlgemene term voor een dalende wind. Een valwind kan zowel warm (bv.
Föhn) als koud (bv.
Bora) zijn. Hij is niet noodzakelijk reliëfgebonden want allerlei hevige rukwinden gekoppeld aan buien noemt men ook valwinden. Meer uitleg.
Klik hier.
Voor meer uitleg, klik op
WIND-1 .
Voor dagelijkse windvoorspelling, klik op
WINDKAARTEN BelgiëBijzondere winden. Ábrego - is een zuidwestelijke, lauwwarme en enigszins vochtige wind, afkomstig uit
Afrika. De wind waait voornamelijk in de herfst en in het voorjaar en is typisch voor
Andalusië.
Barber - noordelijke wind uit de
Golf van St. Lawrence. Lokale wind in Canada. Het is een hevige blizzard. De naam betekent barbier, ofwel kapper. Dat heeft alles te maken met de harde sneeuwkristallen die in die stormwinden met zeer koude continentaal polaire lucht (cPL) op de huid erg pijnlijk aan kunnen komen.
Bora - noordoostelijke wind vanuit Oost-Europa naar Italië.
Buran - noordoostelijke wind die over Siberië en andere delen van
Rusland en
Centraal-Azië waait.
Chinook - oostelijke wind vanuit de
Rocky Mountains.
Chocolatero - noordelijke wind in het gebied rond de
Golf van Mexico.
Etesian - noordwestelijke wind vanuit Griekenland. De Etesian (Griekenland) en Meltemi (Turkije) zijn sterke noordelijke winden in en rond de Egeïsche Zee. Ze komen vooral voor in de periode half mei tot half september. In deze periode is het in de regio vaak erg heet en is wordt de sterke en vrij droge wind als aangenaam ervaren. Meestal ontstaan ze in de loop van de dag en nemen weer af in de nacht, maar het komt voor dat ze een aantal dagen zonder stoppen doorblazen. Voor zeilboten zijn de winden erg verraderlijk. Ze verschijnen in zonnig weer en nemen zonder duidelijk aankondiging snel toe in kracht. Soms halen ze 7-8 Bft. en dit heeft dan grote consequenties voor de aanwezige luxe jachten, maar ook de veerboten tussen de eilanden. Ook bij
bosbranden is deze wind zeer vervelend. Bosbranden kunnen zich bij een wind van 7 Bft. razendsnel uitbreiden.
In de zomerperiode ligt er vanwege de hitte een uitgestrekt lagedrukgebied boven het zuidwestelijke van Azië. De winden waaien uit een richting tussen noordwest en noordoost, enigszins afhankelijk van de precieze ligging van de druksystemen en van locale
topografie.
Föhn - warme, droge wind die vaak aan de noordzijde van de Alpen waait.
Ghibli - zuidelijke wind in
Libië.
Gregale - noordoostelijke wind vanuit
Griekenland.
Harmattan - droge, stoffige wind ten zuiden van de
Sahara in de richting van de
Golf van Guinee tussen november en maart.
Marin - zuidoostelijke wind vanaf de Middellandse richting
Frankrijk.
Levanter - oostelijke wind over
Gibraltar.
Libeccio - zuidwestelijke wind richting
Italië.
Mistral - noordwestelijke wind vanuit Midden-Frankrijk richting Middellandse Zee.
Moesson - zeer vochtige zeewind die in de regentijd voorkomt in tropische gebieden.
El Pampero - westelijke of zuidwestelijke wind die gevormd wordt in
Antarctica en stroomt naar de
pampa's van
Patagonië door naar noordelijk Argentinië en
Uruguay, en zo naar
Paraguay.
Passaat - oostelijke wind over het tropische deel van de
Stille Oceaan.
Poniente - noordwestelijke wind over Gibraltar.
Samoem - (ook: samoen, simoom en samyel, naar het Arabische 'samm') is een hete, droge wind in het westelijk gedeelte van Azië, vooral in Arabië en langs de kust van de
Perzische Golf. Hij voert veel woestijnzand mee, dat de hemel rood of geel kleurt en wordt zeer gevreesd. Gewoonlijk blijft hij twee of drie dagen waaien.
Santa Ana - een warme, droge wind in
Californië vanuit de
Rocky Mountains en de
Sierra Nevada.
Sirocco - zuidelijke wind vanuit Afrika naar Europa (Frankrijk).
Soechovej - droge, hete wind met een lage relatieve luchtvochtigheid die voorkomt in steppegebieden, halfwoestijnen en woestijnen.
Tramontana - droge, koude en sterke wind in de regio
Languedoc-Roussillon.
Terral - droge, hete noordenwind uit de binnenlanden van Spanje. Komt vooral voor aan de kust van Zuid-Spanje die omringd wordt door bergen, en dan met name in de
provincie Málaga. 'Terral' komt niet alleen in de zomer voor (de warme variant), er bestaat ook een wintervariant die juist een koude bries veroorzaakt.
Vendaval - zuidwestelijke wind over
Gibraltar.