LUCHTVOCHTIGHEIDLuchtvochtigheid is de
natuurkundige grootheiddie staat voor de hoeveelheid
vocht in de
lucht. De hoeveelheid vocht kan uitgedrukt worden in een absolute hoeveelheid. Dat is de hoeveelheid water in een vastgestelde hoeveelheid lucht. De luchtvochtigheid wordt meestal uitgedrukt in de
relatieve luchtvochtigheid. Dit is het percentage van de maximale hoeveelheid
waterdamp die de lucht bij de gegeven
temperatuur en
luchtdruk bevat. Bij dalende temperatuur neemt het vermogen van de lucht om waterdamp te bevatten af; bij dezelfde hoeveelheid waterdamp neemt de relatieve luchtvochtigheid dan toe. Wordt deze groter dan 100%, dan treedt
verrijping op, of
condensatie in de vorm van
dauw en
mist. De relatieve luchtvochtigheid is van groot belang in de
landbouw, de
tuinbouw, de papier- vezel- en de houtindustrie, in drukkerijen en in de luchtvaart. Naast de relatieve luchvochtigheid is er ook nog de minder bekende absolute vochtigheid. Deze is evenredig met de concentratie en is daarmee niet 'relatief' maar 'absoluut'. De absolute luchtvochtigheid is niet gecompenseerd voor luchtdruk of temperatuur. Als er 50.000
ppm waterdamp in de lucht zit, komt dit overeen met 5%abs. De absolute vochtigheid was vooral in gebruik in technische berekeningen, bijvoorbeeld rond
diffusie. Tegenwoordig is vooral de
concentratie in gebruik.
Voor meer uitleg, klik op
LUCHTVOCHTIGHEIDHYGROMETEREen hygrometer is een
instrument om
vochtigheid van de lucht te meten. In zijn eenvoudigste vorm bestaat een hygrometer uit twee gewone
thermometers, waarvan er van één continu het bolletje wordt natgehouden. Door verdamping van vocht vanaf het bolletje wordt die thermometer afgekoeld tot het
dauwpunt (deze temperatuur wordt ook wel de
natteboltemperatuur genoemd). Door aflezing van beide thermometers kan uit een tabel de luchtvochtigheid worden bepaald. Dit type wordt ook wel psychrometer genoemd. Er zijn verschillende andere typen hygrometers.

Hygrometers zijn belangrijke meetinstrumenten in
musea,
broeikassen en
sauna's, maar ook in huis wanneer een planken vloer of een piano in goede conditie moeten worden gehouden is het belangrijk de luchtvochtigheid goed in de gaten te houden. Sommige hygrometers geven niet alleen een momentane waarde van de luchtvochtigheid, maar kunnen ook op papier een historische waarde bijhouden. Zulke instrumenten worden ook hygrograaf genoemd. Een
weerhuisje is een eenvoudig soort hygrometer.
Voor meer uitleg, klik op
HYGROMETERISOBAAREen isobaar is een lijn op een landkaart of in een diagram die punten van gelijke druk met elkaar verbindt. De eenheid van druk heet
bar, alhoewel tegenwoordig de eenheid
pascal de norm geworden is. De lijnen worden meestal op een afstand van 5 hectopascal
luchtdrukverschil van elkaar weergegeven.
Heinrich W. Brandes (1777-1834) van de Universiteit van Breslau tekende tussen 1816 en 1826 de allereerste synoptische weerkaarten. Hij bracht de weergegevens in kaart die in de tweede helft van de 18e eeuw waren verzameld door de Societas Meteorologica Palatina. Hij stelde vast dat stormen steeds in de nabijheid van lagedrukgebieden voorkomen.
Buys Ballot maakte in de jaren zestig van de negentiende eeuw de eerste schetsen van weerkaarten waarop luchtdrukgegevens waren te vinden. Op basis van deze gegevens en de windinformatie die hij erbij intekende heeft hij zijn Wet over het verband tussen wind en luchtdruk ontwikkeld. Buys Ballot: `een verzameling van waarnemingen is alleen wetenschap, wanneer zij de waarnemingen met elkaar in verband brengt volgens de wet van oorzaak en gevolg`. Voor meer uitleg, klik op
ISOBAARISOTHERMLijn die punten met dezelfde temperatuur verbindt. Op de weerkaart bieden de isothermen een overzicht van het verloop van de temperatuur in de wereld.
Heinrich W. Brandes (1777-1834) van de Universiteit van Breslau tekende tussen 1816 en 1826 de allereerste synoptische weerkaarten. Hij bracht de weergegevens in kaart die in de tweede helft van de 18e eeuw waren verzameld door de Societas Meteorologica Palatina. De allereerste kaart met isothermen werd in 1817 getekend door
Alexander von Humboldt (1769-1859).
ISOHYEETEen isohyeet is een lijn op een
kaart die punten met dezelfde hoeveelheid
neerslag verbindt. Een kaart met isohyeten heet een isohyeetkaart. Aangezien water noodzakelijk is voor leven en dus landbouw, kan het soort landbouw verschillen per isohyeet. Zo vergt
permanente of droge landbouw minimaal 200 mm neerslag per jaar. Dat moet dan wel een redelijk constante neerslag zijn. Bij grotere variatie is minimaal 400 mm nodig. Zo zijn isohyeten te trekken waarbinnen droge landbouw mogelijk is, afhankelijk van de
grond. Dit zijn benaderingen, want naast de neerslag speelt ook de mate van
evapotranspiratie een rol bij het bepalen van de voor de vegetatie beschikbare hoeveelheid vocht. Evapotranspiratie is een combinatie van
evaporatie en
transpiratie, waarbij transpiratie weer afhankelijk is van de
bodembedekking. De
luchttemperatuur is op beide van invloed. Een hoge verdamping kan een neerslagoverschot om doen slaan in een
neerslagtekort.
METEOROLOOGEen meteoroloog of weerkundige is iemand die beroepsmatig het weer en het klimaat bestudeert. Eerst zijn nauwkeurige waarnemingen van temperatuur, luchtdruk, luchtvochtigheid, neerslag, wolken en windsnelheid noodzakelijk. Daarna baseert de meteoroloog zich op de wetten die de beweging van de atmosfeer beheersen om een verband te leggen met de geobserveerde weersaspecten. De praktische studie steunt op kaarten en diagrammen die de atmosfeer voorstellen op bepaalde tijdstippen en boven een bepaald gebied. Het geheel vormt de basis van een dagelijkse weersvoorspelling. Het vakgebied van de meteorologie wordt voor de eerste keer beschreven door de Griekse filosoof en wetenschapper
Aristoteles in zijn werk Meteorologica omstreeks 350 v.Chr., die daarmee als oudst gedocumenteerde meteoroloog te boek staat.
Meteorologen hebben een belangrijke voorlichtingstaak. Dat geldt zowel voor de weersvoorspellingen als voor het verstrekken van wetenschappelijk verantwoorde en begrijpelijke informatie over diverse onderwerpen, zoals de ozonlaag, de klimaatveranderingen, het stijgend zeeniveau, de ontbossing.
Sommige meteorologen worden bekend als weerman of weervrouw. Dit is iemand die op radio of televisie een regelmatig weerkerend en onderhouden praatje houdt over het weer en de weersverwachting. In veel landen wordt de presentatie van de weersverwachtingen aansluitend op het journaal uitgezonden. Deze presentatie vindt niet altijd met weerman of weervrouw plaats. Vaak worden er tijdens deze weerpraatjes ook één of meerdere weerfoto's getoond van kijkers.
HECTOPASCALEenheid van druk, de kracht per oppervlak, volgens het Internationale Systeem van Eenheden. De Pascal is genoemd naar de Franse geleerde
Blaise Pascal (1632-1662), die vooral bekend werd om zijn natuurkundige wetten voor vloeistoffen en gassen. De luchtdruk is normaal op zeeniveau ruim 100.000 Pascal. Hecto betekent honderd, zodat 100.000 Pascal gelijk is aan 1000 hectopascal (hPa). De meeste barometers vermelden de luchtdruk tegenwoordig in hPa. Vroeger werd de millibar gebruikt, maar de millibar is exact gelijk aan de Hectopascal. Een andere maat is de millimeter kwik: 760 mm kwik = 1000 mbar = 1000 hPa.
BELGISCH KLIMAATHet Belgische klimaat is een
gematigd maritiem klimaat. Het regent ongeveer het hele jaar, met een licht afgetekend neerslagmaximum in de winter veroorzaakt door de vele
depressies die dan door ons land trekken, en ook een neerslagmaximum in de zomer door de toch vaak voorkomende zomer
onweders. Op een heel jaar tijd valt er ongeveer 800 mm neerslag in
Hove, terwijl de maandelijkse uitersten kunnen lopen van minder dan 10 mm tot meer dan 270 mm op een maand tijd in juli 2000. Het natste jaar in Hove was 2000 met 1143 mm neerslag, een extreem hoge waarde.
De temperaturen zijn ook zeer gematigd met een gemiddelde waarde van tegen de 17 graden in juli en ca. 2 à 3 graden in januari. De uitersten lopen van - 20°C in heel extreme wintergevallen tot maximaal 35 à 38°C in de zomer. Deze uitersten komen uiteraard zeer zelden voor, maar ze horen wel degelijk tot de mogelijkheden.